Geplaatst in Lijstje

#36 Geen dieet, wel een andere levensstijl

In drie jaar 15 kilo afvallen en toch niet op “dieet” zijn, kan dat? Euh ja, want het is mij gelukt! Ik heb geen wonderdieet gevolgd, ik eet nog altijd brood en pasta en ik eet ook (min of meer) wat ik wil, maar ik ben me wel hyperbewust van wat ik in mijn mond stop. Hier is wat ik geleerd heb:

  • Je hoeft niets op te geven om af te vallen
  • Je moet je wel bewust zijn van wat je verbruikt
  • Brood, pasta, rijst, … zijn geen boosdoeners
  • Gezond is niet altijd caloriearm
  • De keukenweegschaal is onmisbaar, evenals de anti-aanbakpan
  • Er is geen ‘one fits all’-oplossing
  • Sport is handig, maar niet per se een must

Toen we drie jaar geleden op semi-huwelijksreis in Oostenrijk waren (de échte huwelijksreis was voor het jaar daarna), besloot de echtgenoot dat hij een paar kilo’s wou verliezen. Hij had via via zien passeren dat er een diëtist in de buurt was die ook personal training gaf en dat leek hem wel wat. Zo gezegd, zo gedaan, tegen het einde van die vakantie was de eerste afspraak geboekt: de echtgenoot ging van een sporadisch looptochtje af en toe naar drie keer in de week krachttraining nog voor de werkdag begon. Een jaar daarna was hij tien kilo kwijt en besloot hij te starten met trainen voor een marathon.

Na de eerste afspraak met de diëtist kwam de echtgenoot thuis met een op maat gemaakt plan. Geen lijst van voedingsmiddelen die hij wel of niet mocht eten, noch een vast weekmenu. Enkel een cijfer: het gemiddeld aantal calorieën dat hij dagelijks mocht eten om af te vallen. Uiteraard stond ondergetekende een week later ook bij de diëtist, want ik had al zo’n vermoeden dat ik niet exact hetzelfde mocht eten én – in de woorden van de echtgenoot – ik ben een na-aper.

Ik herinner me nog goed dat we in die tijd een maaltijdbox hadden, die het niet lang uitgehouden heeft. Eén maaltijd van de box, zo leerde ik al snel, overschreed regelmatig het aantal calorieën van mijn lunch en avondeten samen. Om het concreet te maken: een portie ‘Zomerse pastasalade met meloen, komkommer en avocado’ (klinkt gezond, niet?) was 808 calorieën. Een standaard lunch bevat bij mij 350 calorieën, een avondmaaltijd 450. Zo werd het natuurlijk moeilijk.

Het brengt me meteen bij mijn volgende punt: er is een groot verschil tussen ‘gezond’ en ‘caloriearm’. Veel gezonde producten zijn rijk aan vetten en olie, die daarom niet slecht zijn voor je lichaam, maar het calorieaantal wel flink de hoogte in jagen. Ik zal om die reden niet snel een salade bestellen met én gerookte zalm, avocado, een gekookt ei en nootjes, omdat ik weet dat al die producten relatief hoog zijn in calorieën. Voor ik het weet, heb ik dan met mijn gezonde salade bijna mijn volledig daggemiddelde, zeker als er een stukje brood bij hoort.

Voor de echtgenoot en mezelf is deze manier van denken en koken intussen een gewoonte, meer nog, een levensstijl. De keukenweegschaal is altijd aanwezig als we een maaltijd maken. Dat zou in principe niet hoeven, als we altijd hetzelfde aten en de hoeveelheden dus ook vanbuiten zouden kennen, maar wij koken graag gevarieerd en proberen vaak nieuwe dingen uit, dus is het nodig om te blijven monitoren.

Ik heb geen enkel voedingsmiddel volledig uit mijn repertoire geschrapt en durf zelfs beweren dat ik nu meer snoep dan vroeger (hetzij veel bewuster). Ik weet dat ik ’s avonds voor de tv graag nog iets ‘sneukel’, dus ben ik overdag heel gedisciplineerd. Ik kan een chocolaatje in de keuken op het werk de hele dag dapper negeren, om datzelfde stukje chocolade ‘s avonds wél op te peuzelen. De ene persoon komt toe met drie maaltijden per dag, ik weet van mezelf dat ik vaak een hongerdipje heb in de voormiddag, waar ik dan ook rekening mee houd in mijn maaltijdplanning. Vandaar: er is geen ‘one fits all’-oplossing, het is zoeken naar het evenwicht dat jou het beste past.

En nu de hamvraag: hoe doen we dat dan op restaurant?! Wie ons goed kent, weet dat wij al eens graag uitgebreid gaan eten. Hier verschillen de echtgenoot en ik wel een beetje, want daar komt mijn innerlijke controlefreak naar boven. De echtgenoot leeft volgens een soort 80/20 regel, die is gedisciplineerd door de week en laat de teugels wat vieren in het weekend. Dat komt voor hem perfect uit. Ik reken mezelf een fictieve hoeveelheid calorieën aan voor een ‘dinner date’ (1200 calorieën om precies te zijn, bijna mijn volledig daggemiddelde) en let dan de dag ervoor en erna wat op om het overschot uit te balanceren. Werkt voor mij beter. Idealiter plannen we restaurantbezoeken op de dag van een lange duurloop, dan is een etentje ’s avonds meteen de perfecte beloning. 😊

Als alles goed gaat, vertrekken we binnenkort opnieuw naar Oostenrijk. Die vakantie zal er een beetje anders uitzien dan de vorige. We maakten er met de loopcoach een ‘hoogtestage’ van: elke dag lopen en/of wandelen in de bergen. De weegschaal? Die krijgt ook een weekje vakantie en mag thuis in de schuif blijven zitten. Dat zal voor de controlefreak weer eventjes een knopje omdraaien zijn, maar ik kijk er enorm naar uit!

PS: Ik doe niet aan sponsoring (daar ben ik niet bekend genoeg voor), maar gezien de begeleiding van onze diëtist/coach echt wel een lifechanger was: https://move2health.be/. Ik heb er nog geen minuut spijt van gehad. 😉

Plaats een reactie